BAM Infra: De bouw in vogelvlucht

Vlieg met een drone over een bouwproject en je brengt in no time een compleet terrein en een bouwproject goed, veilig en exact in kaart. Grote infrastructurele objecten zoals rijks- en provinciale wegen worden efficiënt en nauwkeurig ingemeten. Bij een wolkenkrabber checken of de gevelplaten strak bevestigd zijn? Pak een drone. Mooie overzichtsfoto’s maken? Idem dito. “In de bouw is een drone eigenlijk niet meer weg te denken.”

Waar tot een paar jaar terug landmeters uren bezig waren om wegen en bouwterreinen in te meten en die data daarna op kantoor te verwerken, is de drone inmiddels behoorlijk ingeburgerd. Zeker bij BAM Infra, waar vier speciaal opgeleide piloten regelmatig bij bouwprojecten, wegen of kunstwerken met een drone vliegen. “Met drones werk je sneller, veiliger en veel goedkoper. Bovendien meet je in één keer alles. Een landmeter moet op basis van eigen inzichten ter plekke bepalen wat hij wel en wat hij niet meet”, vertelt René Kaandorp, coördinator maatvoering en sinds 2019 ook dronepiloot bij BAM Infra.

Real time precisie

De drones van BAM Infra zijn speciale landmeetkundige RTK – real time kinematic – onderzoeksdrones. “Dankzij een satellietverbinding en nauwkeurige GNSS-ontvangst weet de drone altijd exact waar hij is. Dat is ook nodig, want tijdens een vlucht maakt hij wel honderden foto’s en laserscans. Met behulp van gespecialiseerde software kunnen we die beelden en scans vervolgens heel precies positioneren”, legt Kaandorp uit.

Dataspecialist Kamila Kondracka verwerkt al die data vervolgens in praktische tabellen, overzichtskaarten en volledige 3D-modellen. Andere collega’s kunnen daarna met de voor hen relevante data aan de slag. “Dat wij bij BAM Infra alle expertise in huis hebben is ideaal. We profiteren maximaal van de drones omdat we het proces van nul-opname tot ontwerp beheersen. Dat werkt niet alleen heel efficiënt, we kunnen onze klanten ook veel beter bedienen en ontzorgen”, zegt Kondracka.

Alleskunners

Drones zijn bovendien multifunctioneel. “Je kunt grote, aaneengesloten fotokaarten creëren die je met CAD-software kunt inzien en verwerken. Mooie foto’s en filmpjes maken. En met behulp van zogenaamde point clouds kun je 3D-visualisaties maken, bijvoorbeeld van dijken, en volumes berekenen”, vertelt Kaandorp. Last but not least: inspecties van bruggen en viaducten, en ook van groot materieel. “Hijskranen moet je bijvoorbeeld eens in de zoveel tijd controleren: zijn alle hydraulische leidingen nog intact, zitten er geen zwakke plekken in de staalconstructie? Met een drone hoeft de kraanmachinist niet eens te pauzeren – we voeren de inspectie gewoon uit terwijl hij zijn werk doet. Tel uit je winst!”

Niet uitgespeeld

Toch is de klassieke landmeter niet helemaal uitgespeeld. “Een drone meet tot op de centimeter, een landmeter meet tot op de millimeter nauwkeurig. We kiezen dus heel bewust wanneer we welk instrument inzetten”, legt Kondracka uit. BAM Infra brengt met zijn drones voor gemeentes, provincies en waterschappen vaak enorme gebieden in kaart. “In een fractie van de tijd die een landmeter daarvoor nodig zou hebben. Maar gaat het om een beperkt oppervlak waar elke millimeter telt, dan sturen we juist een landmeter. Doel en resultaat zijn leidend in die keuze.”

Vluchtplan

BAM heeft twee jaar terug heel bewust geïnvesteerd in de opleiding van vier collega’s tot dronepiloot. Kaandorp: “Er zijn best wat regels: wanneer mag je waar met je drone de lucht in? Je maakt eigenlijk altijd een vluchtplan en een risicoanalyse die je voorlegt aan de Luchtverkeersleiding Nederland. Zeker als je wilt vliegen in een gecontroleerd luchtruim, in de buurt van vliegvelden, is het noodzakelijk om rechtstreeks te kunnen communiceren met de plaatselijke luchtverkeersleiding.”